Peter Roering – natuur valt niet te sturen

Home » interview » Peter Roering – natuur valt niet te sturen

Peter Roering – natuur valt niet te sturen

Hoe ben je in aanraking gekomen met het greenkeepersvak?
Deze vraag is niet moeilijk te beantwoorden. Het mooie vak is mij met de paplepel ingegoten. Toen ik acht jaar oud was, ging ik met mijn vader, hoofdgreenkeeper op de Twentsche Golfclub in Hengelo, mee naar de golfbaan. Ik mocht toen al op de fort trekker de fairways maaien. Gewoon rondjes rijden is niet moeilijk, dat kan iedereen. Ik ging bijvoorbeeld ook mee met het verzetten van holes. Met een aanhanger achter de auto, die ik al jong bestuurde, reden we langs de greens. In de weekenden werkten we alleen als er voor wedstrijden holes verzet moesten worden, want gemaaid werd er in die tijd nog met de hand. Het maaien in het weekend begon pas nadat er een triple maaier was aangeschaft.

Na mijn middelbare school heb ik eerst de hoveniersopleiding gevolgd en, omdat ik het greenkeepen zo leuk vond, heb ik vervolgens alle greenkeepersopleidingen in Velp afgerond.

In 1987 ben ik als greenkeeper gestart op de Twentsche Golfclub, locatie Hengelo. In 1998 zijn de helft van de clubleden van de Twentsche Golfclub naar een andere locatie, in Ambt Delden, gegaan. De overige leden zijn op de locatie in Hengelo Golfclub Driene opgestart. Ik ben op de locatie in Hengelo gebleven en ben dus alleen van werkgever veranderd, en ben toen hoofdgreenkeeper geworden op Golfclub Driene.

Mijn vader is 42 jaar hoofdgreenkeeper geweest. Ik ben bijna 38 jaar (hoofd)greenkeeper en inmiddels werkt mijn zoon alweer zeven jaar bij mij. Ik moedig hem aan om ook op andere golfbanen te kijken, een dagje mee te helpen op een toernooi, om zo meer ervaring op te doen. Pro Turf Care, het fonds van de NGA, kan hem daarbij helpen.

Hoe zou je (jonge) mensen motiveren om greenkeeper te worden?
Ik denk dat er sowieso meer reclame voor het vak gemaakt moet worden. Jonge mensen raken pas gemotiveerd als ze in aanraking komen met iets wat ze niet kennen. Ik heb een nieuwe collega van 18 jaar in ons team. Hij is een mooi voorbeeld van hoe je door mee te lopen het vak kunt gaan omarmen. Wij zijn heel blij met hem.

Een ander voordeel van het vak dat ik zou benoemen, is dat je mag golfen. 35 jaar geleden is mijn vader, samen met Ties Straatman, een golfwedstrijd voor greenkeepers in de oostelijke regio gestart, genaamd de Ties Straatman Trofee. Ongeveer acht banen doen hieraan mee. Twee keer per jaar spelen wij de wedstrijd. Inmiddels ben ik omgedoopt tot voorzitter van deze groep.

Vertel eens iets over jezelf. Wat zijn bijvoorbeeld je activiteiten naast je werk?
Een keer per week probeer ik een dag vrij te maken om te golfen. Afgelopen jaar is dat niet altijd gelukt, omdat ik veel tijd heb gestoken in het helpen bij de verbouwing van het huis dat mijn zoon heeft gekocht. Hier beleef ik ook veel plezier aan.

Wat mijn vrouw en ik ook graag doen, is eropuit trekken met de fiets. Lekker toeren. We fietsen overal naartoe. Een weekendje weg, de fietsen op de auto en genieten. In de planning staat een bezoek aan Texel. Wandelen met de hond, een labradoodle, vinden we ook heel fijn. Daarnaast volg ik Formule 1 op tv.

Wie is je grote voorbeeld, op wie ben jij trots?
Ik ben heel erg trots op mijn vader. Als ik kijk naar hoe het vak is veranderd en hoe hij vroeger zijn werk moest doen, kan ik alleen maar met bewondering naar hem kijken. Hij moest de greens nog met de hand maaien. Hij werkte met een greenmaaier zonder motor, met een touw eraan vast, waar een collega aan moest trekken om het zware apparaat in beweging te krijgen. Het prikken van de greens deed hij met de voet. De zaterdag was vroeger gewoon een werkdag.

Hoe zouden jouw collega’s je omschrijven?
Ik probeer het zo leuk mogelijk te houden op het werk, ik ben een beetje de gangmaker. Negativiteit vind ik lastig. We moeten het werk samen doen, en ik vind het belangrijk dat het gezellig is. Dat doe ik door het gesprek gaande te houden. Twentenaren kunnen soms wat gesloten zijn. Als ik merk dat een collega ergens mee zit, en ik kan er niet direct de vinger op leggen, probeer ik erover te praten.

Ik ben een pietje-precies. Het moet vaak wel op mijn manier gebeuren. Als het niet gebeurt zoals ik het wil, laat ik zien hoe het wel moet. Op een positieve manier natuurlijk van zo kan het  ook. Uiteraard sta ik wel open voor onderbouwde aanpassingen. We zijn tenslotte een team!

Heb je een lijfspreuk?
Mijn lijfspreuk is wel ‘je bent nooit te oud om te leren’. Je werkt met de natuur en die valt niet te sturen. Je staat altijd weer voor een verassing en denkt dan: hoe lossen we dit nu op.  Maar dat maakt het werk ook mooi. Ik kan enorm genieten als alles pas gemaaid is en het ziet er allemaal prachtig uit.

Heel 2025 is het NGA-thema #NGA-POA – Het Punten Opleiding Administratie registratietool gaat binnenkort online.  Deelname aan dit opleidingsregistratiesysteem biedt zowel praktische voordelen voor je carrière als een meer persoonlijke, intrinsieke motivatie om continu te leren en je te ontwikkelen. Wat wil jij het komende jaar leren, waar wil jij je in verder in ontwikkelen?

Ik ben bezig me te verdiepen in het bestrijden en voorkomen van schimmels. Dit is overal een hot item. We hebben een oude baan, gelegen in het bos, waar we last hebben van fusarium en dollarspot. Samen met een aantal mensen binnen de club zijn we actief bezig met dit onderwerp. Vorig jaar hebben we adviseur Casper Paulussen gevraagd om ons hierbij te begeleiden. Zijn eerste aanbevelingen, zoals doorzaaien en rollen, leveren al resultaat op. Wij zijn, na een langere afbouwperiode, nu een jaar chemievrij en dat bevalt goed.

0
    0
    Je bestellijst
    Je bestellijst is leegTerug naar de winkel