Door verschillende oorzaken staat het aanbod van water steeds meer onder druk en daarmee ook het water voor beregening van golfbanen. En elke sector die water gebruikt staat in toenemende mate onder het vergrootglas van de politiek, media en het publiek. Hoe kunnen golfbanen zich voorbereiden op waterschaarste en op kritische vragen uit de samenleving?
Het antwoord op deze vraag is tweeledig.
- Golfbanen en -clubs moeten de al ingeslagen koers van pro-actief duurzaam waterbeheer met volle kracht vervolgen.
- Het is belangrijk dat onze stakeholders, de media en het publiek een juist beeld krijgen van het waterverbruik op golfbanen.
Wat betreft punt 1 houden we het in dit artikel kort. De sector is op de goede weg, maar de ‘waterfootprint’ van golfbanen zal nog kleiner moeten worden. We verwijzen hiervoor naar Duurzaam waterbeheer – een handreiking, een nieuwe NGF-publicatie die golfbanen handvatten en adviezen geeft op het gebied van besparingen en vergroten beschikbaarheid, ten bate van meer zelfvoorzienendheid.
Dit artikel gaat echter vooral over punt 2 en de boodschap is ernstig: een juist beeld van de golfsport is cruciaal voor de gezondheid van golf op de lange termijn.
Het duurzame verhaal van golf is onbekend
Dankzij een pro-actieve aanpak op het gebied van pesticidenreductie, watermanagement en biodiversiteitsrontwikkeling is het duurzame verhaal van golf heel sterk, maar er is een probleem: de buitenwereld kent het verhaal niet of nauwelijks. De stakeholders, media en het publiek (maar ook veel golfers) weten bijvoorbeeld niet hoe de sector al decennia werkt aan duurzaam golfbaanbeheer. Onbekend is ook de positieve impact van golfbanen op het gebied van waterbuffering, CO2-absorptie en natuurontwikkeling – allerlei zaken waarvan de gehele samenleving profiteert.
Sterker nog, de stakeholders, media en het grote publiek hebben een geheel tegengesteld beeld van golf. Het beeld is dat golfbanen extreem veel water gebruiken alleen maar om golfbanen groen te houden voor een kleine, elitaire groep gebruikers. Omdat golf op grote terreinen wordt gespeeld en omdat we ook kampen met een ander schaarste – ruimte – voedt het negatieve beeld pleidooien om golfbanen op te doeken en er huizen te bouwen.
Het negatieve imago van golf heeft in andere Europese landen zoals Spanje, Frankrijk en Zwitserland al geleid tot protestacties op golfbanen. De klimaatactivisten beschuldigen golfbanen van excessief waterverbruik voor “een elitaire vrijetijdsbesteding” van een kleine groep mensen terwijl agrariërs en burgers kampen met een gebrek aan water.
De waterreguleringen in Spanje, Frankrijk en Zwitserland zijn niet te vergelijken met die in Nederland. Maar daar én hier is het cruciaal om het duurzame verhaal van golf te vertellen. Hoewel er nog veel moet gebeuren is het Nederlandse verhaal heel sterk, omdat golf van alle sporten koploper is op het gebied van duurzaamheid.
We zijn er nog niet, we zijn wel op de goede weg. Maar het negatieve, onjuiste imago van golf staat een gezonde toekomst van onze sport ernstig in de weg. Vandaar de dringende oproep van NGF-bestuurslid Richard Kooloos, verantwoordelijk voor duurzaam beheer, om in contact te treden met je stakeholders, om ze te laten zien wat je golfbaan doet, en om de mooie natuur waarin we spelen te delen. De imagocampagne Welcome to the club heeft een veel grotere reikwijdte dan enkel meer golfers vinden, het gaat over het voortbestaan van golf.
Paul Wesel, directeur van de NVG, sluit zich hierbij aan: “Nodig ook de lokale milieuvereniging uit en ga met hen gesprek en bouw een goede relatie op. Ook zijn er golfbanen die bewoners in de omgeving uitnodigen voor een uitgebreide wandeling over de baan. De reacties zijn dan eigenlijk altijd positief. Men is verbaasd over de hoeveelheid en kwaliteit van natuurontwikkeling op een golfbaan.”
Geen zoetsappige verhaaltjes maar data
Het is dus belangrijk dat onze stakeholders, de media en het publiek een juist beeld krijgen. Niet alleen van het waterverbruik op golfbanen, ook van de positieve impact van golf.
Deze imagoverandering kan de Golfalliantie (het samenwerkingsverband tussen de Nederlandse Golf Federatie, Nederlandse Vereniging van Golfaccommodaties en Nederlandse Greenkeepers Associatie) niet alleen realiseren, het lukt alleen als golfclubs, -banen en golfers hieraan meewerken. En het lukt alleen als we data presenteren aan de buitenwereld. Met zoetsappige verhaaltjes over wat golf allemaal goed doet, kom je niet ver. Met data die bewijs leveren van duurzaam opereren word je een gesprekspartner en kun je veel bereiken.
De Golfalliantie presenteert hieronder cijfers die een beeld schetsen van het nationale waterverbruik op golfbanen. Die cijfers, die de komende jaren uitgebreid zullen worden, zijn een handige bron als je het duurzame verhaal van golf vertelt.
Maar elke golfbaan moet ook haar eigen duurzaamheidsdata verzamelen. En elke golfbaan moet zelf in contact treden met haar buren en lokale overheden. Het levert je heel veel op, zegt Niels Dokkuma, agronoom en manager van de NGF-afdeling Duurzaam golfbaanbeheer: “Bij veel stakeholders bestaat het beeld dat alle golfbanen over de volle breedte diepgroen zijn en daardoor heel veel water verbruiken. Het beeld van een diepgroene golfbaan in de woestijn is zo ongeveer het referentiebeeld over golfbanen, ook voor de Nederlander. Ze zijn vaak verbaasd dat wij al jaren bezig zijn met duurzaam beheer, inclusief duurzaam waterbeheer, en werken met duurzaamheidscertificering. Na een eerste overleg of een bezoek aan een golfbaan wordt het bestaande negatieve imago van de golfsport eigenlijk altijd snel bijgesteld. Sterker nog, uiteindelijk worden golfbanen gezien als deel van de oplossing om op een juiste manier om te gaan met water, zowel in perioden van overvloed als in tijden van schaarste.”
- Wat je vervolgstappen op het gebied van water betreft, zijn de adviezen en best practices in de publicatie Duurzaam waterbeheer – een handreiking een uitstekende leidraad. Verzamel gegevens en ga aan de slag met een bedrijfswaterplan. Een juist beeld van jouw stappen op het gebied van duurzaam waterbeheer leidt tot constructieve gesprekken en vruchtbare samenwerkingen.
- Wat betreft de positieve impact van jouw golfbaan is OnCourse Nederland en het GEO-certificeringsprogramma de aangewezen weg. GEO stimuleert je om bewust om te gaan met natuur en milieu en maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Bij het doorlopen van het programma leer je op welke punten je kunt verbeteren en verzamel je data waarmee je bewijs levert van je duurzame acties. Data die onontbeerlijk zijn voor een gezonde toekomst van jouw baan en van golf in het algemeen.
Gezien de wateruitdagingen in de wereld is het terecht dat het waterverbruik op golfbanen onder de loep wordt genomen. Maar een gesprek hierover met stakeholders of media moet gevoerd worden op basis van data die het werkelijke verhaal vertellen, inclusief de positieve impact van golf.
Cijfers
248
In Nederland zijn 248 golflocaties. Bijna 125 banen hebben 18 holes. Een 18-holes baan beslaat meestal 50 tot 60 hectare. Daarnaast zijn er een kleine 125 banen met 9 (korte) holes. Die zijn 10 tot 30 hectare groot. Er zijn ook enkele locaties met 27, 36 of 54 holes.
425.000
Met zo’n 425.000 beoefenaars is golf sport nummer 4 van Nederland, na voetbal, tennis en vissen. Golf, een olympische sport, werd in Nederland in de jaren tachtig van de vorige eeuw langzaam maar zeker een volksport. Er zijn nu golfbanen voor elke portemonnee.
10.765
Alle golfbanen in Nederland beslaan gezamenlijk 10.765 hectare. Dat is ongeveer het zelfde areaal als de Oostvaardersplassen. De golfbanen zijn verspreid over het Nederlandse landschap en fungeren daardoor als stepping stones voor flora en fauna.
60
Op de gemiddelde golfbaan is de verhouding natuurlijk-manicuur ongeveer 60-40%. De natuurlijke helft is een ecosysteem (van rough tot en met water, van heide tot en met bos) en leefgebied voor fauna en flora.
Golf wordt gespeeld in de natuur. Golfbanen zijn daarom intrinsiek gemotiveerd om die natuur verantwoordelijk te beheren. Natuurherstel en biodiversiteitsontwikkeling is daarom onderdeel van golfbaanbeheer.
104
Duurzaamheid is een speerpunt van de Nederlandse Golf Federatie. Sinds 1994 werkt Nederland met een duurzaamheidsprogramma dat golfbanen stimuleert om bewust om te gaan met natuur en milieu en maatschappelijk verantwoord te ondernemen.
Nederlandse golfbanen hebben duurzaamheid omarmd en daardoor loopt de golfsport voorop in duurzaam beheer. Anno 2023 beschikken ruim 104 golfbanen beschikken over het GEO-duurzaamheidscertificaat. Nog eens zo’n 30 golfbanen doorlopen op dit moment het OnCourse-programma dat bij succes bekrachtigd wordt met dit onafhankelijke, internationale duurzaamheidscertificaat. Een van de eisen voor certificering is dat het waterverbruik wordt geminimaliseerd. Het waterverbruik dat onvermijdelijk is, moet zo efficiënt mogelijk gebeuren.
Golfclubs investeren al decennia in waterbesparende automatische beregeningsinstallaties en meetapparatuur en recenter ook in de opvang en opslag van neerslag in bassins. Hierdoor is een golfbaan in droge periodes niet of minder afhankelijk van grond- of oppervlaktewater. Het aanleggen van geschikte bassins vergt echter een flinke investering.
Golfbanen zijn grote infiltratie- én bergingsgebieden. Veel golfbanen hebben grote waterpartijen. Deze vervullen in tijdens van extreme neerval een nuttige functie voor de omgeving – tijdelijke berging van wateroverschotten – die wordt toegejuicht door waterschappen. De waterpartijen vormen ook een leefgebied voor flora en fauna, hebben een waterzuiverende en verkoelende werking en zorgen voor aanvulling van het grondwater. Bij alle werkzaamheden van greenkeepers gelden strenge regels. Hierdoor wordt vervuiling van water voorkomen.
4 tot 8
Een 18-holes golfbaan heeft vier tot acht greenkeepers: professionals die verantwoordelijk zijn voor het onderhoud inclusief beregening. Het merendeel van de golfbanen heeft geavanceerde beregeningsinstallaties en afgestelde sproeiers. De beregening geschied op basis van monitoring van relevante parameters zoals verdamping en bodemvocht en met nauwkeurig afgestelde sproeiers. Deze precisieberegening dankzij handvochtmeters, weerstations en sensoren draagt bij aan waterbesparing.
Als er beregend moet worden, gebeurt dat vooral ’s nachts of vroeg in de ochtend. Dan is er minder verdamping en daarmee wordt water bespaard. Golfbanen investeren daarnaast in droogte- en hitteresistente grassoorten die minder water nodig hebben om te overleven.
In sommige gevallen beregenen greenkeepers handmatig met een slang. Dit is geen verspilling, het draagt juist bij aan waterbesparing. De sproeiers van een automatische beregeningsinstallatie beslaan soms een te groot gebied. Door met de hand te beregenen wordt niet meer water gebruikt dan strikt noodzakelijk.
Golfbanen zijn niet gebaat bij overbewatering, het kost tijd en geld en te veel beregening vergroot de kans op grasziektes. Golfbanen in een waterrijk polder- of veengebied kunnen jaarrond donkergroen zijn, banen in andere landschappen kleuren met de seizoenen mee. In een droge periode zijn ze geelbruin. Het adagium in de sport is: golf wordt gespeeld op gras en niet op kleur. Het gras moet echter wel blijven leven.
Het reguliere onderhoud, natuurontwikkeling, beregening wanneer het nodig is: het gebeurt in het algemeen zonder overheidssteun want bijna alle Nederlandse golfbanen worden privaat gefinancierd.
1
De greens op een 18-holes golfbaan, de kort gemaaide gebieden waar de vlag staat, beslaan ongeveer 1 hectare (1,5 procent van de baan). Greens worden tot op 3 millimeter laag gemaaid en bestaan voor een groot deel uit zand. Het zijn de meest kapitaalintensieve gebieden.
2
Na de greens zijn de afslagplaatsen en de voorgreens/aprons het meest kwetsbaar en kapitaalintensief; deze gebieden beslaan samen 1 tot 2 hectare.
15
De fairways op een 18-holes baan beslaan zon 12 tot 15 hectare. Het gras op fairways is langer dan het gras op greens en overleeft in vergelijking met het gras op greens langere tijd met minder water.
20
In de herfst of winter is golfbaanberegening niet nodig. Het gebeurt alleen in droge periodes in het voorjaar of de zomer.
Op sommige droge dagen hebben alleen de greens, voorgreens/aprons en tees water nodig. In dat geval betreft het zo’n 3 hectare van een 18-holes golfbaan (5 procent van de oppervlakte).
In een langdurige droge periode hebben ook de fairways water nodig. In dat geval betreft het op een gemiddelde 18-holes golfbaan zo’n 15 tot 20 hectare (ongeveer 33% van de oppervlakte).
30.000-40.000
Een gemiddelde 18-holes golfbaan gebruikt zo’n 30.000 tot 40.000 m3 grond- en/of oppervlaktewater per jaar voor beregening. Verreweg het meeste daarvan (tussen de 22.000 en 30.000 m3) wordt op fairways gebruikt. De rest wordt gebruikt voor de tees, voorgreens/aprons en de green (tussen de 15.000 en 18.000 m3). Golfbanen gebruiken alleen oppervlaktewater, grondwater en regenwater dat is opgeslagen in bassins.
3
Een golfbaan zonder gras is als een ijsbaan zonder ijs. Dat geldt zeker voor de essentiële gebieden in golf: de greens, voorgreens/aprons en tees. Als deze essentiële 3 hectare bij ernstige droogte niet de noodzakelijke dosis water krijgt (ongeveer 100 tot 120 m3 per dag voor een 18-holes baan), sterft het gras en is de baan 6 tot 12 maanden niet bespeelbaar. De herstelkosten bedragen tienduizenden euro’s, maar het exploitatieverlies tijdens de sluiting loopt in de miljoenen. Een 18-holes baan zet 1,5 tot 7 miljoen euro om. Als de omzet wegvalt, bestaat het risico dat de baan moet sluiten en de werknemers hun arbeidsplaatsen verliezen. Op een 18-holes baan gaat het dan om 10-25 fte.
0
Op dit moment worden golfbanen hard getroffen als hun waterschap in een periode van extreme droogte een verbod instelt om oppervlakte- en grondwater te gebruiken. Golfbanen vallen nu in de zogeheten verdringingsreeks in de categorie ‘grasland’. Dat betekent dat golfbanen, ondanks het minimale waterverbruik, bij een dreigend watertekort als eerste door verboden worden getroffen. De volgende categorie is gewassen en dat gaat zo verder tot drinkwater. De Golfalliantie is in gesprek met de waterschappen over een aangepast beleid zodat de meest kapitaalintensieve gebieden (greens, voorgreens/aprons, tees) in een droge periode gered kunnen worden. Golfbanen moeten intussen aan de slag met de opvang en opslag van regenwater in bassins om zo meer zelfvoorzienend te worden.
30.000.000
De regels voor waterverbruik verschillen per land en binnen veel landen per regio. Maar duurzaam waterbeheer staat op de radar van alle federaties en internationaal opererende golforganisaties. Het door de R&A gefinancierde onderzoeksprogramma Golf Course 2030 ondersteunt de golfwereld bij haar klimaatuitdagingen, waaronder waterovervloed en -schaarste. Het USGA Water Resource Center biedt een soortgelijke ondersteuning. De USGA heeft in 2023 bekendgemaakt dat er 30 miljoen dollar gereserveerd wordt ten bate van waterbesparende maatregelen en technologie.
1994 De start van het programma Committed to Green dat golfbanen ondersteunt bij duurzaam beheer. Natuur- en milieuvriendelijk beheer wordt bekrachtigd door het CtG-certificaat.
2010 Committed to Green wordt omgezet naar OnCourse en certificering door de GEO Foundation.
2011 Publicatie “Droge voeten, duurzame golfbanen – Leidraad Waterkansen op Golfbanen”, in samenwerking met onder meer de Unie van Waterschappen en Wageningen Universiteit Research.
2014 Oprichting van de Golfalliantie, een samenwerkingsverband tussen de Nederlandse Golf Federatie, Nederlandse Vereniging van Golfaccommodaties en Nederlandse Greenkeepers Associatie, om gezamenlijk de duurzaamheidstransitie in goede banen te leiden.
2018 Start van de campagne “Geel is het nieuwe groen” om te stimuleren dat golfbanen bewuster omgaan met schaars beregeningswater en om draagkracht te kweken bij golfers.
2019 Water wordt een beleidsprioriteit bij de Nederlandse Golf Federatie.
2023 Publicatie Duurzaam waterbeheer – een handreiking.